De kritiek op verkeersdrempels groeit. De provincie Drenthe kondigde onlangs aan een derde van de ‘springschansen’ weg te halen. Maar hoe gehaat ook, de drempel is nog altijd de beste manier om snelheidsduivels af te remmen. Mits goed aangelegd.
Een treffend voorbeeld van een probleem was in Zeist. in de winkelstraat Steynlaan lag tot voor kort een serie ‘uiterst irritante verkeersdrempels’, van die vierkante plateaus midden op het wegdek. Handig voor de bussen die er makkelijk overheen rijden, maar voor automobilisten een gruwel. En voor omwonenden en winkeliers ook, want deze kregen last van scheuren in de muren. De bewoners hielden een enquête (95% was tegen de verkeersdrempels) en stapten naar de gemeente voor een oplossing. De gemeente verving de vervelende drempels voor nieuwe. Nu liggen er langwerpige, bolle obstakels over de volle breedte van de straat en zijn de klachten verminderd.
Het is één van de grootste ergernissen van automobilisten: verkeersdrempels. Vermoedelijk werden de eerste in de jaren 70 neergelegd, met de opkomst van woonerven en 30-kilometerzones. Alleen al in de stedelijke bebouwde gebieden liggen er naar schatting tienduizenden.
De kritiek op deze hoeveelheid neemt langzaamaan toe. ANWB krijgt voortdurend klachten binnen van hun leden. Sommige drempels in 50-kilometerzones zorgen er voor dat je zelfs bij 15 kilometer per uur tegen het dak stuitert. De variaties van verkeersdrempels lijkt ook grenzeloos: ronde schotels, hobbels met 2 betonnen uitritblokken tegenover elkaar, langzame curves of juist stijle heuvels.
Niets is echter effectiever dan de drempel, aldus Atze Dijkstra, onderzoeker infrastructurele maatregelen bij SWOV. Uiteraard zijn er alternatieven, maar de drempel heeft gewoon het grootste snelheidsremmende effect. En de aanleg is ook relatief goedkoop: tussen de 5.000 en 10.000 euro.
John Boender van CROW, een kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte, erkent echter dat in sommige regio’s een wirwar van obstakels ligt. Onnodig vindt Boender. Als provincies, gemeenten en waterschappen de CROW-richtlijnen voor de aanleg van drempels zouden hanteren, zou het nemen van een drempel meer comfortabel zijn. (zie illustratie hieronder)
En toch liggen er talloze misvormde bulten op het wegdek. Kern van het probleem: wegbeheerders mogen afwijken van de richtlijnen. Maarten Ligt van ANWB: ‘Men zou in elk geval minimale eisen aan drempels moeten stellen. Nu is het op sommige plaatsen een rommeltje, maar de maatregel moet uiteindelijk wel passen bij de snelheidslimiet.’
(bron: Leeuwarder Courant)